Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want zij hadden [45]niet gelet op [het wonder] der broden; want hun hart was [46]verhard. 45. Grieks, niet verstaan van, of door de broden; dat is, zij waren niet verstandiger geworden door hetgeen met de vijf broden geschied was; namelijk om daardoor van Christus' goddelijke kracht en zorg voor hen verzekerd te zijn. Zie hfdst.8 vs.17,20,21. 46. Grieks, vereeld, of verward; hetwelk niet is te verstaan van zulke hardigheid of verstoktheid des harten, gelijk in de hardnekkige Joden tevoren aangewezen en bestraft is, hfdst.3 vs.5, maar van hun onverstand en traagheid om geestelijke dingen wel te begrijpen en te geloven. Zie dergelijke hfdst.8 vs.17, en hfdst.16 vs.14; Luk.24:25.